’s Ochtends word ik wakker met lichte hoofdpijn, die IJslandse biertjes waren toch wat zwaarder dan ik dacht. Ik sta om tien uur op en doe een klein ontbijt met fruit. Dan ga ik de stad in, ik wil toch ook nog wat van Reykjavik zien. Ik kom als eerst langs de Hallgrímskirkja, de grote kerk die overal bovenuit steekt. Ik kan me voorstellen dat het niet ieders smaak is, maar ik vind de buitenkant wel mooi in het grijze beton. En dan de binnenkant, die vind ik helemaal prachtig. Ook hier is alleen het grijze beton gebruikt en de kerk is daardoor heel minimalistisch, maar daardoor extra mooi. Geen schilderijen, beelden of glas in lood, wat een geweldig gebouw. Ik neem de lift naar boven, naar het de puntje van de toren, het is nu nog helder buiten maar ik zag al wat donkere wolken aankomen, dus nog even genieten van het prachtige uitzicht. Je kan heel Reykjavik overzien met de bergen eromheen. Ik maak weer tig foto’s en als ik bijna verkleumd ben van de IJslandse wind die door het open gedeelte in de top waait, ga ik weer naar beneden. Ik ga naar de rommelmarkt die in het weekend open is. Het is een markt in een grote loods waar de kraampjes ieder weekend hetzelfde lijken te zijn, ze hebben allemaal hun vaste stekje. Niet echt een rommelmarkt zoals ik had verwacht. Het is meer een overdekte markt. De serveerster in het restaurant zei gister al dat het een allegaartje zou zijn van dingen en mensen, en het eerste dat me opvalt als ik weer binnen kom is de geur, ’the smell of old people’ zoals ze zei. Er lopen allerlei rare figuren rond en wat ze verkopen past daar precies bij. Oude boeken, kleding, en andere troepjes. Ik loop wat rond, snuffel her en der tussen de spulletjes en kijk mensen, echt een markt, super. Ik koop een oude kaart van Zuid-IJsland bij een man die ook boeken verkoopt en ik maak een praatje met hem en een andere man die er ook toevallig bijstaat over kaarten, en ik vergeet helemaal om af te dingen. Ach, heeft hij ook weer wat verdiend.

Dan loop ik verder naar Harpa, het concertgebouw van Reykjavik, een architectonisch hoogstandje. Prachtig aan de buitenkant, maar van binnen nog mooier omdat je zo heel goed de structuur van de ramen kunt zien. Er is blijkbaar een klassieke voorstelling voor kinderen, er zijn heel veel ouders met hun kids en sommige hebben hun kinderen ook helemaal mooi aangekleed, tot en met vlinderstrik aan toe, leuk om te zien 🙂 Dan ga ik de kou weer in en loop naar het park met de grote vijver. Ik kijk wat naar de vogels die in het wak zwemmen en besluit dan terug te gaan, het is te koud om nog langer rond te sjouwen. Ik ga nog even langs de supermarkt voor wat eten en ik koop nog een ansichtkaartje in de Hallgrímskirkja van een foto van compleet besneeuwd IJsland vanuit de ruimte. Eenmaal terug in het hostel ga ik lekker relaxen, even m’n blog bijwerken en mensjes kijken. Dan zie ik ook Tom, Tom, Kate en Martina en maak nog even een praatje, we denken erover te proberen om vanavond het noorderlicht te zien, maar ze weten nog niet zeker, dat hangt ook een beetje van het weer af. Ik ga douchen en ben al bijna klaar om te slapen na de korte nacht van gister, als Kate aan de deur klopt. We gaan toch nog. Ik kleed me snel aan en we stappen in de auto om buiten Reykjavik te ontsnappen aan alle verlichting. Volgens mij hoeven we niet zo ver, maar de anderen willen echt een donkere plek zoeken. We rijden buiten Reykjavik over een heuvel en daar achter waait het echt super hard, en dat maakt het heel koud. We vinden een plek en gaan toch foto’s maken, het noorderlicht ziet er fantastisch uit. Maar een scherpe, onbewogen foto maken is bijna onmogelijk met die harde wind, echt heel jammer. We wachten eigenlijk te lang met terug rijden want als we op de terugweg nog een korte stop maken op een plek dichter bij Reykjavik met veel minder wind, is het noorderlicht een stuk minder sterk. Ik neem nog een paar shots en dan wil ik ook wel terug, ik ben behoorlijk koud. Maar wat een perfecte afsluiting van mijn verjaardag! In het hostel geeft Tom zijn email adres zodat ik hem thuis nog wat foto’s kan mailen. Ik ga voor de tweede keer die dag onder een warme douche en dan kruip ik lekker in m’n bed. Het is al over enen en morgen moet ik voor tienen uitchecken. Op de laatste dag badderen in het blauwe water van de Blue Lagoon!