Alweer m’n laatste dag in Moskou voordat ik op de trein ga richting Novosibirsk. Vannacht was natuurlijk mijn eerste nacht in het hostel in Moskou en ik had de kamer voor mezelf. Totdat om 3 uur ’s nachts de vriend van het meisje achter de receptie blijkbaar niet meer naar huis wilde en op mijn kamer werd gedumpt. Ze waren de hele avond al luidruchtig en mn kamer was gelukkig een stuk verderop. Toen ik ’s ochtends opstond wilde ik eigenlijk even een wasje draaien maar daar had ik de receptioniste voor nodig (voor de sleutel van het washok), maar die lag nog heerlijk op bed. Toen de telefoon overging om 9uur heb ik een sprintje richting de receptie gedaan, want voor de telefoon kwam ze er wel uit. En ook nog chagrijnig kijken toen ik vroeg of ik kon wassen; voor zover de 24 uurs receptie. Gelukkig was zij de uitzondering, want de andere receptionisten waren hartstikke vriendelijk en behulpzaam. De wasmachine was in gebruik en zou rond 10uur vrij komen.

Toen besloot ik om eerst even de stad in te gaan, want het mausoleum van Lenin was open van 10 tot 13 en er scheen nogal een rij te ontstaan voordat het openging. En dat klopte. Ik was er rond 9.40 en er waren al zeker 80 mensen voor me in de rij. En dat allemaal om een dode communistische leider opgebaard te zien (ik stond er zelf ook tussen dus ik zal er niks van zeggen :p). In groepen van zo’n 50 mensen mochten we met tussenpozen van ongeveer 10 minuten naar de ingang lopen, maar je mocht niks meenemen, geen camera, telefoon, rugzak, niks. Dus heb ik m’n rugzak eerst afgegeven, en daarna door het metaal-detectie-poortje. Het was een klein stukje lopen langs de muur van het Kremlin naar het mausoleum en we kwamen nog langs beelden van andere communistische leiders, een goede voorbereiding. In het mausoleum waren twee trappen naar beneden en de bewakers zorgden ervoor dat we netjes in de rij liepen, stil waren en onze handen niet in onze zakken hadden. In een lange rij mochten we om Lenin heen lopen. Hij was een beetje witjes en had een das om, zwart met witte stippen. Maar het mag gezegd worden: hij lag er mooi bij (zeker als je bedenkt dat ie er al even ligt). Gelukkig zat er glas omheen en was het wat donker met roodachtige verlichting, zo leek Lenin toch nog een beetje kleur te hebben. Na een minuut stond ik weer buiten en moest ik wel lachen, het voelde toch een beetje absurd dat ik net Lenin had gezien die daar al jaren dood ligt met z’n gestippelde das.

 

 

Terug naar de orde van de dag, naar het hostel om m’n kleding te wassen. Bijna al m’n kleding ging in de wasmachine op de twee longsleeves en m’n afritsbroek na die ik nog niet aan had gehad. Alles even weer lekker fris. Een aantal dingen haalde ik eruit voordat het in de droger ging, zoals mijn (half)wollen sokken. En ik ging weer op pad. Ik wilde nog even naar de kathedraal van Christus de verlosser lopen om het van dichtbij te zien. Het was weer een mooie kerk met gouden koepels, maar ik merkte dat ik verzadigd was van kathedralen en gouden koepels en na een half rondje eromheen ben ik op de metro gestapt naar Partizanskaya om op de grote souvenirmarkt nog iets te kopen.

Station Partizanskaya was weer in een echte Russische buurt en de weg naar de markt lag er ook maar een beetje verlaten bij. De markt zelf was heel leuk, en gebouwd rondom een groot paleis, het Kremlin van Izmailovo. De markt was bijna een dorpje op zich en had wel wat weg van Europese kerstmarkten. Houten gebouwtjes met uitgestalde bonten mutsen, oude Sovjet rommel en veelgekleurde matrushka’s. Ik heb wel drie rondjes gelopen en ik heb uiteindelijk een prachtige (kleine) matrushka voor mezelf gekocht en een klein cadeautje voor mn zus en Willem (waar ze vast heel blij mee zijn ;)). Ik had voor iedereen wel wat mee willen nemen, maar dan wordt m’n rugzak zo zwaar. Maar pap en mam, ik neem voor jullie ook nog iets mee, maar dan uit Mongolië of Japan! Ik wilde eigenlijk ook nog een Russische vlag kopen voor op m’n rugzak, maar die kon ik helaas niet vinden.

 

 

Eenmaal terug in de binnenstad ben ik naar Kitay-Gorod gegaan om te eten bij Ludi Kak Ludi, wat nog een gedoe was om te vinden omdat het echt een heel klein cafeetje was. Daar heb ik lekkere quiche en een broodje gegeten met een verse sap. Gelukkig was ik toen al dichtbij het hostel, want ik was er helemaal klaar mee. Ik was al zeven dagen aan het sjouwen in drukke steden, m’n voeten, met name m’n kleine teentje, deden zeer en ik had hoofdpijn, ik wilde niks liever dan m’n voeten omhoog en slapen. Ik heb nog even snel boodschappen gedaan voor de trein en toen voetjes omhoog. Gelukkig kon ik in het hostel nog even met Ruben skypen, want daarna zouden we elkaar in elk geval twee dagen niet kunnen zien omdat ik in de trein zou zitten. Het was heel fijn om elkaar nog even te zien. Het plan dat ik van tevoren had gemaakt om het Rode Plein nog ’s avonds te fotograferen heb ik overboord gedaan en ben lekker gaan slapen. Morgen begint de reis richting Oost-Rusland, ik ben heel benieuwd!

 

One Comment
  1. Jantien 19th september 2013 at 21:16 - Reply

    Hihi, kadootjes… 😉

Leave A Comment